incalculeerden
Nederlands
Woordafbreking
- in·cal·cu·leer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
incalculeren |
incalculeerden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van incalculeren
- ...dat wij incalculeerden.
- ...dat jullie incalculeerden.
- ...dat zij incalculeerden.
- ...dat wij incalculeerden.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.