hulpverleende
Nederlands
Woordafbreking
- hulp·ver·leen·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hulpverlenen |
hulpverleende
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van hulpverlenen
- ... dat ik hulpverleende.
- ... dat jij hulpverleende.
- ... dat hij, zij, het hulpverleende.
- ... dat ik hulpverleende.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.