grief

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grief
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘klacht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1301 [1]

Werkwoord

vervoeging van
grieven

grief

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grieven
    • Ik grief. 
  2. gebiedende wijs van grieven
    • Grief! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grieven
    • Grief je? 

Gangbaarheid

  • Het woord grief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.