gleed
Nederlands
Woordafbreking
- gleed
Werkwoord
vervoeging van |
---|
glijden |
gleed
- enkelvoud verleden tijd van glijden
- Ik gleed.
- Jij gleed.
- Hij, zij, het gleed.
- Ik gleed.
Gangbaarheid
- Het woord gleed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gleed' herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.