geducht
Nederlands
Woordafbreking
- ge·ducht
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
duchten |
geducht
- voltooid deelwoord van duchten
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | geducht | geduchter | geduchtst |
verbogen | geduchte | geduchtere | geduchtste |
partitief | geduchts | geduchters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geducht
- vrees of ontzag inboezemend
Gangbaarheid
- Het woord geducht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'geducht' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.