führte ab

Duits

Uitspraak
  • IPA: / ˈfyːɐ̯tə ap /
Woordafbreking
  • führ·te ab

Werkwoord

führte ab

  1. (hoofdzin) eerste persoon enkelvoud aantonende wijs verleden tijd van abführen
  2. (hoofdzin) derde persoon enkelvoud aantonende wijs verleden tijd van abführen
  3. (hoofdzin) eerste persoon enkelvoud aanvoegende wijs II verleden tijd van abführen
  4. (hoofdzin) derde persoon enkelvoud aanvoegende wijs II verleden tijd van abführen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.