folter

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fol·ter

Werkwoord

vervoeging van
folteren

folter

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van folteren
    • Ik folter. 
  2. gebiedende wijs van folteren
    • Folter! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van folteren
    • Folter je? 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.