fantaseren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fan·ta·se·ren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
fantaseren
fantaseerde
gefantaseerd
zwak -d volledig

Werkwoord

fantaseren

  1. dagdromen, dingen verzinnen die (nog) niet waar zijn
    • Hij fantaseerde over het mooie leven dat hij zou gaan leiden met zijn vrouw. 
    • De creatieve schrijver fantaseerde het ene na het andere sprookjesverhaal. 

Gangbaarheid

  • Het woord fantaseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.