fabrique
Frans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
fabriquer |
fabrique
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van fabriquer
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van fabriquer
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van fabriquer
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
fabricar |
fabrique
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fabricar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fabricar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van fabricar
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.