etiketteerden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • eti·ket·teer·den

Werkwoord

vervoeging van
etiketteren

etiketteerden

  1. meervoud verleden tijd van etiketteren
    • Wij etiketteerden. 
    • Jullie etiketteerden. 
    • Zij etiketteerden. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.