drooglegden
Nederlands
Woordafbreking
- droog·leg·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
droogleggen |
drooglegden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van droogleggen
- ...dat wij drooglegden.
- ...dat jullie drooglegden.
- ...dat zij drooglegden.
- ...dat wij drooglegden.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.