diploïde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • di·plo·i·de
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen diploïdediploïderdiploïdst
verbogen diploïdediploïderediploïdste
partitief diploïdesdiploïders-

Bijvoeglijk naamwoord

diploïde

  1. (biologie) in de celkern van elk chromosoom twee exemplaren bevattend, door een bevruchting afkomstig van twee haploïde geslachtscellen

Bijvoeglijk naamwoord

diploïde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van diploïd

Gangbaarheid

  • Het woord diploïde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
48 %van de Nederlanders;
68 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.