dichtvroor
Nederlands
Woordafbreking
- dicht·vroor
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dichtvriezen |
dichtvroor
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van dichtvriezen
- ... dat ik dichtvroor.
- ... dat jij dichtvroor.
- ... dat hij, zij, het dichtvroor.
- ... dat ik dichtvroor.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.