dichtreden
Nederlands
Woordafbreking
- dicht·re·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dichtrijden |
dichtreden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van dichtrijden
- ...dat wij dichtreden.
- ...dat jullie dichtreden.
- ...dat zij dichtreden.
- ...dat wij dichtreden.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.