deprogrammeerde
Nederlands
Woordafbreking
- de·pro·gram·meer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
deprogrammeren |
deprogrammeerde
- enkelvoud verleden tijd van deprogrammeren
- Ik deprogrammeerde.
- Jij deprogrammeerde.
- Hij, zij, het deprogrammeerde.
- Ik deprogrammeerde.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.