buikdanste
Nederlands
Woordafbreking
- buik·dans·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
buikdansen |
buikdanste
- enkelvoud verleden tijd van buikdansen
- Ik buikdanste.
- Jij buikdanste.
- Hij, zij, het buikdanste.
- Ik buikdanste.
- Kenners verwachten veel van Hadises act. Tijdens de voorstelling van de inzending, waarbij de sexy zangeres – de navel ontbloot – zong, heupwiegde en buikdanste, werd duidelijk dat ze in Moskou haar sensualiteit als extra troef zal uitspelen. [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'buikdanste' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- hds "Hadise buikdansend op Songfestival" (2009) op website: standaard.be; geraadpleegd 2017-10-21
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.