bleef samen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bleef sa·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
samenblijven

bleef samen

  1. enkelvoud verleden tijd van samenblijven
    • Ik bleef samen. 
    • Jij bleef samen. 
    • Hij, zij, het bleef samen. 

Gangbaarheid

  • Het woord bleef samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.