bijbouwde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bij·bouw·de

Werkwoord

vervoeging van
bijbouwen

bijbouwde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van bijbouwen
    • ... dat ik bijbouwde. 
    • ... dat jij bijbouwde. 
    • ... dat hij, zij, het bijbouwde. 

Gangbaarheid

  • Het woord bijbouwde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.