bezweette
Nederlands
Woordafbreking
- be·zweet·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bezweten |
bezweette
- enkelvoud verleden tijd van bezweten
- Ik bezweette.
- Jij bezweette.
- Hij, zij, het bezweette.
- Ik bezweette.
- Door de hitte bezweette zij haar hemdjes sneller dan ze ze kon verschonen.
Gangbaarheid
- Het woord 'bezweette' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.