bewegwijzer
Nederlands
Woordafbreking
- be·weg·wij·zer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bewegwijzeren |
bewegwijzer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewegwijzeren
- Ik bewegwijzer.
- gebiedende wijs van bewegwijzeren
- Bewegwijzer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewegwijzeren
- Bewegwijzer je?
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.