beroeping

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·roe·ping
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van beroepen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord beroeping beroepingen
verkleinwoord beroepinkje beroepinkjes

Zelfstandig naamwoord

beroeping v

  1. het beroepen van een predikant
Afgeleide begrippen
  • beroepingscommissie, beroepingswerk
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord beroeping staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
63 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.