beregent

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·re·gent

Werkwoord

vervoeging van
beregenen

beregent

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beregenen
    • Jij beregent. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beregenen
    • Hij beregent. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van beregenen
    • Beregent! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.