bejaag

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·jaag

Werkwoord

vervoeging van
bejagen

bejaag

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bejagen
    • Ik bejaag. 
  2. gebiedende wijs van bejagen
    • Bejaag! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bejagen
    • Bejaag je? 

Gangbaarheid

  • Het woord bejaag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.