behielp

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beĀ·hielp

Werkwoord

vervoeging van
behelpen

behielp

  1. enkelvoud verleden tijd van  zich behelpen
    • Ik behielp me. 
    • Jij behielp je. 
    • Hij, zij, het behielp zich. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.