annonceren
Nederlands
Woordafbreking
- an·non·ce·ren
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
annonceren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
annonceren |
annonceerde |
geannonceerd |
zwak -d | volledig |
- bekend maken
- (kookkunst) voorlezen van de bestelbon in de keuken om misverstanden te voorkomen
- verkondigen
Gangbaarheid
- Het woord annonceren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'annonceren' herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.