afreageert
Nederlands
Woordafbreking
- af·re·a·geert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afreageren |
afreageert
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afreageren
- ... dat jij afreageert.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afreageren
- ... dat hij afreageert.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.