affronte

Frans

Werkwoord
vervoeging van
affronter

affronte

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van affronter
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van affronter
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van affronter
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.