aanrende
Nederlands
Woordafbreking
- aan·ren·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanrennen |
aanrende
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanrennen
- ... dat ik aanrende.
- ... dat jij aanrende.
- ... dat hij, zij, het aanrende.
- ... dat ik aanrende.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanrende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.