Noord-Koreaans
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Noord-Koreaans (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˌno̝ːrt koreˈjans/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˌnoːrt koreˈjaːns/
- (Limburg): /ˌnoːrt koreˈjaːns/, /ˌnoːr koreˈjaːns/
Woordafbreking
- Noord-Ko·re·aans
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van Noord-Koreaan met het achtervoegsel -s
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Noord-Koreaans | Noord-Koreaanser | Noord-Koreaanst |
verbogen | Noord-Koreaanse | Noord-Koreaansere | Noord-Koreaanste |
partitief | Noord-Koreaans | Noord-Koreaansers | - |
Verwante begrippen
Demoniemen bij Noord-Korea in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Noord-Koreaan • inwoonster: Noord-Koreaanse • bijvoeglijk: Noord-Koreaans |
Gangbaarheid
- Het woord Noord-Koreaans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.