toerekeningsvatbaar

Dutch

Etymology

From toerekening + -s- + vatbaar, calque of German zurechnungsfähig.

Pronunciation

  • (file)

Adjective

toerekeningsvatbaar (comparative toerekeningsvatbaarder, superlative toerekeningsvatbaarst)

  1. (law) accountable, compos mentis

Inflection

Inflection of toerekeningsvatbaar
uninflected toerekeningsvatbaar
inflected toerekeningsvatbare
comparative toerekeningsvatbaarder
positive comparative superlative
predicative/adverbial toerekeningsvatbaartoerekeningsvatbaarderhet toerekeningsvatbaarst
het toerekeningsvatbaarste
indefinite m./f. sing. toerekeningsvatbaretoerekeningsvatbaarderetoerekeningsvatbaarste
n. sing. toerekeningsvatbaartoerekeningsvatbaardertoerekeningsvatbaarste
plural toerekeningsvatbaretoerekeningsvatbaarderetoerekeningsvatbaarste
definite toerekeningsvatbaretoerekeningsvatbaarderetoerekeningsvatbaarste
partitive toerekeningsvatbaarstoerekeningsvatbaarders

Synonyms

Derived terms

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.