Wilhelm Keitel

Wilhelm Bodewin Johann Gustav Keitel (Helmscherode, 22 september 1882Neurenberg, 16 oktober 1946) was een Duitse veldmaarschalk. Als hoofd van het Oberkommando der Wehrmacht (Opperbevel van de Strijdkrachten) en de facto oorlogsminister onder Adolf Hitler, was hij een van de belangrijkste militaire leiders van de Tweede Wereldoorlog. Bij de Processen van Neurenberg werd hij berecht, ter dood veroordeeld en opgehangen als een oorlogscrimineel.

Wilhelm Keitel
Wilhelm Keitel in 1942
BijnaamLakeitel[1]
Geboren22 september 1882
Helmscherode, Duitse Keizerrijk
Overleden16 oktober 1946
Neurenberg, Amerikaanse bezettingszone in Duitsland
RustplaatsGecremeerd: as uitgestrooid in de Isar
Land/zijde Duitse Rijk
Weimarrepubliek
 Nazi-Duitsland
Flensburgregering
 Duitsland
Onderdeel Deutsches Heer
Reichswehr
Heer
Dienstjaren1901 - 1945
Rang Generalfeldmarschall
EenheidNiedersächsischen Feldartillerie-Regiment Nr. 46
Oberkommando der Wehrmacht
BevelOberkommando der Wehrmacht
1 september 1939 -
13 mei 1945[2]
Slagen/oorlogenEerste Wereldoorlog

Tweede Wereldoorlog

OnderscheidingenZie decoraties
Portaal    Tweede Wereldoorlog

Biografie

Keitel werd ten tijde van het Duitse Keizerrijk geboren. In de Eerste Wereldoorlog diende hij als stafofficier. Die functie had hij ook na 1918 bij de Duitse Landmacht (Reichswehr). Na de val van von Blomberg en von Fritsch in februari 1938 werd Keitel benoemd tot Chef van het Opperbevel van de Strijdkrachten (veldmaarschalk), een gelijkwaardige functie als Minister van Oorlog. Door deze benoeming werd hij Hitlers militaire raadgever en verbindingsofficier tussen Hitler en het Duitse opperbevel. Hij nam ook deel aan de belangrijke militaire besprekingen en het was Keitel die in 1940 de voorwaarden voor de wapenstilstand aan de Fransen voorschreef.

In zijn opdracht werd de speciale Nacht und Nebel-klasse van politieke gevangenen ingesteld. Na de aanval op de Sovjet-Unie (1941) ondertekende hij persoonlijk de bevelen voor het veroverde Russische gebied binnentrekkende Sonderkommandos die, naast alle joden, ook alle plaatselijke sovjet-communistische partijleiders en -functionarissen moesten oppakken en vervolgens 'neutraliseren'; het zogenaamde Kommissarbefehl[3].

Keitel tekent op 8 mei 1945 de capitulatie van Duitsland

Door zijn onvoorwaardelijke trouw aan Hitler en volgzaamheid werd hij steeds meer veracht door zijn collega-generaals. Keitel kreeg van hen de bijnaam Lakaitel - een samenvoeging van lakei en Keitel. Na de mislukte aanslag van Claus Schenk von Stauffenberg en andere hoge militairen op Hitler op 20 juli 1944 maakte hij deel uit van de krijgsraad tegen de verdachten van de aanslag. Toen Hitler eind april 1945 zelfmoord pleegde en Karl Dönitz hem opvolgde, tekende Keitel kort daarna de capitulatie van Duitsland.

Keitel werd in 1945 gearresteerd en werd tijdens het Proces van Neurenberg veroordeeld wegens samenzwering, het voeren van een agressieoorlog, het begaan van oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Als een der weinige aangeklaagden erkende hij in een verklaring tijdens het proces schuldig te zijn geworden, door 'niet te hebben verhinderd wat had moeten worden verhinderd'.

Op 16 oktober 1946 werd hij op 64-jarige leeftijd opgehangen. Zijn lichaam werd gecremeerd, waarna de as door de Amerikaanse luchtmacht werd uitgestrooid in de rivier de Isar.



Militaire loopbaan

Decoraties

Selectie:

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Wilhelm Keitel op Wikimedia Commons.
Wikiquote heeft een verzameling Engelstalige citaten gerelateerd aan Wilhelm Keitel.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.