Waterhol

Een waterhol of druiphol is een groef aan de onderzijde van uitstekende geveldelen zoals dorpels, die voorkomt dat water dat op de dorpel valt langs de onderzijde terug naar de muur loopt. (Een dorpel is het boven- of onderstuk van een kozijn.)

Een waterhol werkt als volgt: Regenwater stroomt (en valt) van bovenaf de dorpel op, en loopt naar de rand toe. Bij de rand aangekomen blijven sommige druppels hangen, en trekken dan langs de onderkant van de dorpel naar de muur toe. Het waterhol, echter, is een groef waarin de druppels even omhoog zouden moeten om daar voorbij te geraken en verder naar de muur te trekken. Dat lukt ze niet: ze blijven steken, groeien aan, en vallen af.

In plaats van een waterhol kan er ook een lekdorpel of lekrand aangebracht worden. Dat is een (dorpel met een) afhangende rand waar de druppels onderaan af vallen.