Walvisstranding

Een walvisstranding is het onbedoeld stranden van een of meerdere walvisachtigen (Cetacea) op het strand of aan een kust. De bekendste zijn strandingen van de bultrug, griend, bruinvis en de potvis. De oorzaken van walvisstrandingen zijn nog steeds onvoldoende opgehelderd.

Een groep aangespoelde walvissen (omstreeks 1940).
Aangespoelde walvissen in Nieuw-Zeeland.

Mogelijke redenen voor strandingen zijn:

  • toxische besmetting in de voedselketen
  • parasitaire aantasting in de luchtwegen, hersenen of middenoor
  • bacteriĆ«le of virale infecties
  • paniekvlucht voor vijanden
  • sterke sociale banden binnen een groep, waarbij alle individuen een gestrand dier volgen
  • verstoring van de magnetische waarneming als gevolg van natuurlijke afwijkingen in het aardmagnetisch veld
  • letsel, bijvoorbeeld door botsingen met een scheepsschroef
  • geluidsvervuiling onder water van watergeluid door scheepvaartverkeer, seismisch onderzoek en militaire sonar-experimenten

Sinds het einde van de zestiende eeuw zijn potvissen gestrand in de Noordzee. Deze traden met name op in de wintermaanden tussen november en februari in de periode van de mannelijke zuidmigratie.

Eenmaal gestrand, worden vooral grote walvissen verpletterd door hun eigen lichaamsgewicht als ze niet op tijd in het diepere water teruggezet kunnen worden. Bovendien is de regulering van de lichaamstemperatuur in een gestrande walvis onderbroken en bestaat er een risico op oververhitting of zelfs spontane ontploffing.

Zie de categorie Walvisstranding van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.