Walt Whitman Rostow

Walt Whitman Rostow, ook bekend als Walt Rostow of W.W. Rostow (7 oktober 191613 februari 2003) was een Amerikaans economisch-historicus, politicoloog, hoogleraar en adviseur van de Democratische Partij. Hij was de Nationaal Veiligheidsadviseur onder president Lyndon B. Johnson van 1966 tot 1969. Daarvoor was hij de onder-Nationaal Veiligheidsadviseur van president John F. Kennedy in 1961 en vervolgens een top-adviseur voor presidenten Kennedy en Johnson van 1961 tot 1966.

Walt Rostow (1968)

Rostow is onder andere bekend als auteur van het invloedrijke boek The stages of economic growth; a non-communist manifesto (1960). Kern van zijn fasentheorie is dat ieder land eenzelfde ontwikkeling zal doormaken, alleen sommige landen wat eerder dan andere. Daarmee deed Rostov de suggestie aan ontwikkelingslanden om tijdens de Koude Oorlog bij het Westerse blok te blijven, dan zou de welvaart vanzelf komen. Dit in tegenstelling tot centrum-periferie modellen zoals de wereld-systeemtheorie van Wallerstein.

Rostow in Nederland (1978)

De vijf fases op een rij:

  • traditionele maatschappij: weinig technologie, landbouw domineert, statische maatschappij;
  • voorwaarden voor sprong voorwaarts: de landbouw produceert een overschot en er is vooruitgang in onderwijs en financiering;
  • sprong voorwaarts (take-off): alle economische activiteiten ondervinden een technologische vooruitgang. Door continue investeringen blijft de economische groei de bevolkingsgroei voor;
  • volle ontwikkeling (maturity): de nadruk op zware industrie verschuift naar een geavanceerder lichte industrie;
  • massaconsumptie: het welvaartsniveau is dusdanig dat een groot deel van de bevolking zich meer kan veroorloven dan alleen voeding, kleding en onderdak.

Elke stap duurt ongeveer 20 jaar, dus na 80-100 jaar zou een land ontwikkeld zijn tot een moderne, westerse samenleving.

In de tijd dat hij deze moderniseringstheorie ontwikkelde, was hij politiek adviseur van president Kennedy. Hij baseerde de theorie op de ontwikkeling van het Verenigd Koninkrijk, en kwam op dit "take off" model nadat hij in een vliegtuig had gezeten.

De belangrijkste veronderstellingen in de moderniseringstheorie; modernisering is een:

  • gefaseerd proces waarbij de verschillende fases voor elke maatschappij hetzelfde zijn;
  • proces om te worden als de Europese / Noord-Amerikaanse maatschappij;
  • onomkeerbaar proces;
  • progressief proces; de prijs die ervoor betaald moet worden is voor sommigen in de maatschappij hoog, maar dit is het waard;
  • langdurig proces;
  • transformatief proces waarbij oude, traditionele normen en waarden losgelaten moeten worden;
  • gepland proces waarin de staat een leidende rol heeft, ondersteund door hulp uit het Westen.

Kritiek op zijn theorie:

  • zwakke, simplistische theorie, die los staat van culturele context;
  • cultureel imperialisme: modernisering staat gelijk aan verwestelijking;
  • moderne samenlevingen worden als superieur gezien boven traditionele samenlevingen;
  • ontwikkeling is geen unilineaire evolutie;
  • massaconsumptie is het ultieme doel, dit gaat voorbij aan duurzaamheid.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.