Vélodrome d'Hiver

Het Vélodrome d'Hiver was een wielerstadion in Parijs dat gebruikt werd voor sportwedstrijden van begin jaren dertig tot het begin van de Tweede Wereldoorlog.

Een rolschaatswedstrijd in het Vélodroom d'Hiver in 1911.

Het complex deed op 16 en 17 juli 1942 dienst als verzamelpunt voor Parijse Joden die tijdens een grootschalige razzia opgepakt door de Franse politie, in opdracht van de Duitse bezetter. In het velodroom zaten meer dan 13.000 joden van buitenlandse nationaliteit (de Franse joden werden met rust gelaten), die daar enkele dagen zonder eten moesten blijven, om van daaruit te worden gedeporteerd naar doorgangskampen, zoals dat van Drancy, en dan verder naar Auschwitz. Nog geen honderd van hen hebben de oorlog overleefd. Wat opvallend was, dat het vooral vrouwen en kinderen waren die werden weggevoerd. Alle kinderen werden naar Auschwitz gedeporteerd en zonder dat ze 'gekeurd' werden meteen in de gaskamers gestopt.

In 1959 werd het wielerstadion gesloopt. Tegenwoordig is er een locatie van het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken gevestigd.

In het verfilmde boek Elle s'appelait Sarah van Tatiana de Rosnay en de film La Rafle speelt het Vélodrome d'Hiver ook een rol. Sarah en haar ouders zaten er net zoals duizenden andere Joodse mensen dagenlang zonder voedsel of water, waarna ze gedeporteerd werden.

Zie de categorie Vélodrome d'Hiver (Paris) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.