Transeamus usque Bethlehem
Transeamus usque Bethlehem is een traditioneel Latijns kerstlied, dat lange tijd abusievelijk werd toegeschreven aan de Duitse Dom-kapelmeester Joseph Ignaz Schnabel (1767-1831). Pas in de jaren zestig van de twintigste eeuw werd duidelijk dat alleen het instrumentale arrangement van Schnabel was. Lange tijd was dit lied in Nederland jaarlijks op kerstavond te horen op de KRO-radio. Ook werd het lied wel gezongen na de kerstnachtmis in de rooms-katholieke kerk.
Het lied is geschreven voor vierstemmig koor, waarbij de mannen (in de rol van herders) de eerste strofe zingen en de vrouwen (in de rol van engelen) in de tweede strofen invallen. Aan het einde zingen alle vier stemmen tegelijkertijd. Het lied wordt begeleid door het orgel.
Tekst
- Transeamus usque Bethlehem
- et videamus hoc verbum quod factum est.
- Mariam et Joseph et Infantem positum in praesepio.
- Transeamus, audiamus multitudinem
- militiae coelestis laudantium Deum,
- Mariam et Joseph et Infantem
- positum in praesepio.
- Gloria, Gloria in Excelsis Deo.
- Gloria, Gloria et in terra pax hominibus.
- Bonae voluntatis, et in terra pax.
- Transeamus et videamus quod factum est.
Nederlandse vertaling
- Laat ons naar Bethlehem gaan
- En het woord aanschouwen dat (mens) geworden is
- Maria en Jozef en het Kind,
- in een kribbe gelegd
- Laat ons gaan aanhoren de menigte
- van Hemelse Heerscharen die God loven
- Maria en Jozef en het Kind,
- in een kribbe gelegd
- Ere, Ere zij God in den Hoge
- Ere, Ere en vrede op aarde voor de mensen
- van goede wil, en vrede op aarde
- Laat ons gaan en zien wat gebeurd is.
This article is issued from
Wikipedia.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.