Supplementum Epigraphicum Graecum

Het Supplementum Epigraphicum Graecum (afgekort als SEG) was een in jaarbanden verschijnende verzameling van nieuw gepubliceerde oud-Griekse inscripties.

Supplementum Epigraphicum Graecum
Genre	Griekse epigrafie
Frequentie	jaarlijks
Eerste uitgave	1923
ISSN	0920-8399
Portaal    Media

Het werd in 1923 door Jacobus Johannes Ewoud Hondius opgericht en in samenwerking met talrijke andere epigrafici uitgegeven. In 1950, na de dood van Hondius, nam Arthur Geoffrey Woodhead de redactie over. Tot in 1971 zouden er 25 delen verschijnen.

Na een onderbreking werd in 1979 de publicatie weer opgenomen. Redacteurs van dienst waren nu Henri Willy Pleket en Ronald S. Stroud. Nadien werd het SEG door Stroud, Angelos Chaniotis en J. H. M. Strubbe uitgegeven, hierbij ondersteund door Thomas Corsten, M. B. Richardson en Rolf A. Tybout.

Het SEG is geografisch geordend en drukt de dat jaar over tijdschriften of bundels verspreid uitgegeven Oudgriekse inscripties (ten laatste daterend uit de 8e eeuw n.Chr.) af met een korte toelichting. Daarnaast worden er naar andere publicaties over Griekse epigrafie gerefereerd. Het SEG vervult daarmee tegelijkertijd de functie van een jaarlijkse bibliografie van de Griekse epigrafie en biedt een onmisbare aanvulling op de grote geografische of thematische corpora van inscripties (in dergelijke werken gepubliceerde teksten worden meestal niet opgenomen in het SEG). Elke deel is voorzien van een index; daarbij komen met grotere intervallen apart registerdelen.

Het SEG verscheen voor het laatst in december 2016[1] met deel 62 voor het jaar 2012. Actuelere informatie, maar geen volledige tekstuitgaves vindt men in de Bulletin épigraphique in de Revue des études grecques.