Renaissancestadhuis Halle

Het renaissancestadhuis van de Vlaams-Brabantse stad Halle in Vlaamse renaissancestijl werd gebouwd van 1608 tot 1616. Dit voormalige stadhuis aan de Grote Markt staat op de plaats van het eerste stadhuis, in 1432 gebouwd en in 1595 door een brand vernield. De functie als stadhuis werd in 1994 door een gebouw aan het Oudstrijdersplein overgenomen. De architect is onbekend. Door een KB van 30 december 1933 werd het een beschermd monument[1].

Stadhuis van Halle

Voorloper

Over de gotische voorloper is weinig bekend. Er bestaan geen afbeeldingen van.

Als oudste datum wordt 1432 vermeld. Toen gaf Filips de Goede vierentwintig eiken balken om een stadhuis en hallen te bouwen. In 1432 werd er aan het stadhuis gebouwd of werd het in gebruik genomen.

Op het einde van de zestiende eeuw brandde het met een deel van de Grote Markt af. 1594 en 1595 worden als rampjaren genoemd. Onmiddellijk werd begonnen met de heropbouw van de Grote Markt. Uit de gevelijzers van het huis op de hoek van de Grote Markt en de Melkstraat valt het jaartal 1595 af te leiden. De bouw van een nieuw stadhuis begon begin zeventiende eeuw.

Exterieur

Het stadhuis is in Vlaamse renaissancestijl, eigen aan de vroegere Nederlanden. Die stijl is complex. Hij kan het best omschreven worden als een harmonisch samengaan van gotiek of nagotiek, renaissance en barok. Typische voorbeelden zijn de vroegere griffie van het Brugse Vrije van rond 1525, het Stadhuis van Antwerpen, gebouwd door Cornelis Floris De Vriendt tussen 1561 en 1564, en de Vieille Bourse of Oude Beurs te Lille, gebouwd door Julien Destrée in 1652 en 1653.

Gotiek en nagotiek

Nagotiek is gotiek uit voornamelijk de zestiende eeuw toen de gotiek-op-zich reeds voorbij was.

  • gelijkvloers met uitzondering van het middenrisaliet;
  • de drie toegangsportalen;
  • de zijportalen hebben uitgelengde of gedrukte ellipsbogen;
  • het middenportaal heeft een accoladeboog die steunt op twee consoles of draagstenen: een aap en een hond;
  • het gewelf van het pui heeft een ribgewelf;
  • de verdiepingen hebben kruisvensters in natuursteen;
  • onder en boven de vensters zijn er doorlopende banden van baksteen, op de uiteinden verstevigd met natuursteen;

tussen de vensters zijn er speklagen: horizontale banden bakstenen en natuursteen die elkaar afwisselen;

  • het dak bestaat uit vier rijen dakkapellen. De bovenste drie zijn in hout en gotisch;
  • de zijgevels hebben trapgevels.

Renaissance

  • de onderzijde van het gelijkvloers is een horizontale sokkel in natuursteen;
  • de horizontale kroonlijst springt een meter uit;
  • de verdiepingen vallen op door hun horizontalisme;
  • de verdiepingen worden beklemtoond door uitspringende en doorlopende horizontale lijsten;
  • uitspringende kroonlijst;
  • de dakkapellen van de onderste rij hebben voluten en frontons;
  • de zijgevels hebben voluten en obelisken;
  • de uitspringende toren met pui is het renaissancistische element: horizontaliteit en rondbogen.

Barok

  • de nissen boven het pui eindigen in een schelp;
  • de voluten en frontons wijzen in hun 'volwassenheid' en voldragen vormen op barok;
  • de klokvormige en pagodeachtige bekroning van de toren is het barokke element.

Trivia

  • de driehoekige of eivormige Grote Markt van Halle is een letterlijke afspiegeling van het systeem van het ancien régime waarin kerk en staat samengingen: aan het ene uiteinde bevindt zich het (vroegere) stadhuis, aan het andere de kerk;
  • de beelden in de nissen van het pui, die "Rechtvaardigheid" en "Waarheid" voorstellen, vervangen oudere beelden. De originele exemplaren waren het werk van een lid van de Brusselse beeldhouwersfamilie Duquesnoy. Vooral de naam van Frans Duquesnoy, bijgenaamd Il Fiammingo, zoon van Hiëronymus Duquesnoy de Oudere, wordt genoemd. De beelden werden in de zeventiger jaren van de negentiende eeuw vervangen door die van de Franse kunstenaar van Poolse afkomst Cyprien Godebski die het standbeeld in carraramarmer van Adrien Servais, zijn schoonvader, tegenover het stadhuis maakte. Ze zouden gemaakt zijn uit 'overschotten' van dat beeld;
  • in Halle gaat het over het historische stadhuis wanneer over het vroegere stadhuis in Vlaamse renaissancestijl wordt gesproken, hoewel dat gebouw geen stadhuis meer is. Het 'stadhuis' of 'nieuwe stadhuis' verwijst naar het huidige stadhuis aan het Oudstrijdersplein. Het gebruik van het woord 'historisch' is dubbelzinnig: het vroegere stadhuis in Vlaamse renaissancestijl historisch noemen, is door de lange geschiedenis ervan logisch, terwijl het huidige stadhuis sinds de indienstneming ook historisch kan genoemd worden;
  • een gedenkplaat in de zijgevel aan de kant van de Basiliekstraat herinnert aan het verblijf van Hendrik Conscience, naar wie in Halle een straat genoemd is.

Bronnen

  • Joseph Possoz. Notice sur l'Hôtel de Ville de Hal. In: Gedenkschriften van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring Halle, 1925.
  • Léopold Everaert en Jean Bouchery. Histoire de la Ville de Hal. 1879.
  • Alphonse Wauters. L'hotel de ville de Hal. Messager des Sciences historiques de Belgique, 1845.

Referenties

  1. Grote Markt: stadhuis - Fiche Onroerend Erfgoed

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.