Slag bij Wattrelos
De Slag bij Wattrelos (ook wel Watrelois of Waterloo) vond plaats bij het Vlaamse (nu Franse) Wattrelos op 27 december 1566 tussen een Geuzenleger en een Spaans regeringsleger; het was een van de eerste gevechten van de Nederlandse Opstand.
Slag bij Wattrelos
| ||||
Onderdeel van de Tachtigjarige Oorlog | ||||
Datum | 27 december 1566 | |||
Locatie | Wattrelos, Vlaanderen, Nederlanden | |||
Resultaat | Spaanse overwinning | |||
Strijdende partijen | ||||
| ||||
Leiders en commandanten | ||||
| ||||
Troepensterkte | ||||
| ||||
Verliezen | ||||
|
Aanloop
Toen in augustus 1566 de Beeldenstorm door de Habsburgse Nederlanden raasde, grepen radicale calvinisten naar de wapenen en bezetten steden als Doornik en Valencijn; later volgden onder meer Amsterdam, Antwerpen, 's-Hertogenbosch en Maastricht.[3] Het regeringsleger sloot het opstandige Valencijn op 6 december in en begon de stad te belegeren. Protestantse predikers onder leiding van Petrus Datheen besloten op 16 december tijdens een synode te Nieuwkerke dat men zou overgaan tot gewapend verzet tegen de regering, en Valencijn te ontzetten. Daartoe verzamelden zich in de omgeving van Rijsel enkele geuzenlegers: ongeveer 3000 protestanten bij Lannoy onder leiding van Pierre Cornaille.[4] 200 geuzen van Roesbrugge, Hondschote en Poperinge onder aanvoering van Jan Denys vertrokken richting Doornik om zich daar bij hoofdmacht aan te sluiten.[1][5]
Gevechten
De stadhouder van Rijsels-Vlaanderen, Maximiliaan Vilain (heer van Rassenghien), hoorde dat de geuzen richting Doornik optrokken, en stuurde 50 ruiters en 150 voetknechten op hen af, die op 27 december de groep van Denys bij Wattrelos versloegen in een veldslag. Veel geuzen vluchtten vervolgens de parochiekerk van Wattrelos in,[1] en ten slotte in de kerktoren, die de regeringstroepen in brand staken. Alle overgebleven opstandelingen kwamen hierbij om.[4] Denys en slechts weinige anderen wisten te ontkomen.[2]
Nasleep
Twee dagen later werden in de slag bij Lannoy (29 december) de andere geuzen verslagen, maar zij wisten voor het merendeel te vluchten; kort daarna (1 op 2 januari 1567) werd Doornik door regeringstroepen onder Filips van Noircarmes heroverd. Hierdoor kon het belegerde Valencijn niet worden ontzet, maar bleef nog bijna drie maanden uithouden. Toen op 13 maart opnieuw een geuzenleger werd afgeslacht bij Oosterweel, gaf de stad zich na hevige beschietingen over (24 maart). Op 22 april 1567 werd Jan Denys te Brussel opgehangen.[2]
Bronnen, noten en/of referenties
|