Nederlandse secretarissen-generaal tijdens de Duitse bezetting
De Nederlandse secretarissen-generaal tijdens de Duitse bezetting hadden in Nederland in de Tweede Wereldoorlog als college van secretarissen-generaal van Nederlandse ministeries een bijzondere positie door de afwezigheid van de ministers en koningin die waren uitgeweken naar Londen. In plaats daarvan werkten zij onder het Reichskommissariat Niederlande.
Op 13 mei 1940 droeg minister Steenberghe, uit naam van de koningin en het kabinet, het regeringsgezag in Nederland over aan de opperbevelhebber van de Nederlandse strijdkrachten, generaal Henri Winkelman, en verzocht hij de secretarissen-generaal zich naar de aanwijzingen van Winkelman te gedragen.
Na de overgave stelde Duitsers een Duits bestuur in Nederland in, geleid door een rijkscommissaris (Reichskommissar), de Oostenrijker Arthur Seyss-Inquart; hij werd op 29 mei 1940 geïnstalleerd. De secretarissen-generaal werkten nu onder hem. Sommigen hiervan zijn vertrokken of ontslagen en vervangen door pro-Duitse mensen.
Lijst van secretarissen-generaal tijdens de bezetting
- Jan Coenraad Tenkink: waarnemend, van 13 mei 1940 tot maart 1941 (benoemd na het vertrek van Johannes van Angeren naar Londen); na de oorlog opnieuw secretaris-generaal van november 1945 tot 1 februari 1965
- Jaap Schrieke: 1941-1945
Departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming:
- Jan van Dam: november 1940-1945
Departement van Economische Zaken
- Hans Max Hirschfeld: 1940-1946 (waarnemend)
- Meinoud Rost van Tonningen: 1941-1945
Departement van Binnenlandse Zaken:
- Karel Johannes Frederiks: 1940-1945
- Otto Eduard Willem Six: mei 1929 - 1 december 1946
- Robert Antony Verwey: augustus 1940 - mei 1945
Departement van Volksvoorlichting en Kunsten (DVK), nieuw departement vanaf november 1940:
- Tobie Goedewaagen: november 1940 - 1943
- Hermannus Reydon: 1943
- Sebastiaan Matheus Sigismund de Ranitz: 1943-1945 (waarnemend)
- Derk Gerard Willem Spitzen: 1939-1943
Bronnen, noten en/of referenties
|