Ruimte (astronomie)

De ruimte of kosmische ruimte is in de astronomie en voor het onderscheid tussen luchtvaart en ruimtevaart het deel van het heelal op meer dan 100 kilometer van de Aarde. Deze grens is de Kármánlijn, hoewel het geen lijn is, maar een boloppervlak. Er is nog wel discussie of een hoogte van 80 kilometer niet meer voldoet aan relevante natuurkundige criteria.[1]

Deep space is het deel van het heelal op grotere afstand dan de Aarde-Maan-lagrangepunten, ruim verder dan de Maan.

De ruimte is geen echt vacuüm, maar bestaat hoofdzakelijk uit plasma van waterstof en helium, elektromagnetische straling (in het bijzonder kosmische achtergrondstraling) en neutrino's. De ruimte bevat zeer weinig atomen van andere elementen (metalen) en stofdeeltjes. De intergalactische ruimte bevat slechts enkele waterstofatomen per kubieke centimeter (in ingeademde lucht zitten ongeveer 1019 atomen per kubieke centimeter). Volgens de meeste theorieën is de ruimte daarnaast rijk aan donkere energie en donkere materie. Ook kunnen er objecten doorheen bewegen, zoals meteoroïden en kometen.

Interplanetaire ruimte

De interplanetaire ruimte is de ruimte tussen de planeten binnen het zonnestelsel. Deze ruimte bevat interplanetaire materie - vooral kosmische straling, geïoniseerde atoomkernen en diverse subatomaire deeltjes. De interplanetaire ruimte loopt tot aan de heliopauze, waar de heliosfeer overgaat in de interstellaire ruimte. Vanzelfsprekend hebben exoplaneten hun eigen interplanetaire ruimte.

Interstellaire ruimte

De interstellaire ruimte is alle ruimte in een sterrenstelsel die niet bezet wordt door sterren en hun planetenstelsels. De materie en straling in de interstellaire ruimte is het interstellair medium. Twee interstellaire kometen die in de interplanetaire ruimte van ons zonnestelsel zijn waargenomen zijn Oumuamua in 2017 en 2I/Borisov in 2019. De enige door mensen gemaakte objecten die interstellaire ruimte hebben bereikt, zijn de ruimtesonde Voyager 1 en Voyager 2.

Intergalactische ruimte

De intergalactische ruimte is de ruimte tussen twee sterrenstelsels, bijvoorbeeld tussen de Melkweg en de Andromedanevel. Doordat de over het hele heelal verspreide sterrenstelsels heel ver uit elkaar liggen, maakt de intergalactische ruimte veruit het grootste deel van het heelal zelf uit. Zo is bijvoorbeeld de doorsnede van de Melkweg zo'n 150.000 lichtjaar, terwijl het dichtstbijzijnde sterrenstelsel, de Andromedanevel, pas op een afstand van zo'n 2,2 miljoen lichtjaar ligt. Volgens de meest gangbare theorie zal de intergalactische ruimte in de toekomst een exponentieel steeds groter wordend deel van het heelal gaan uitmaken, doordat de sterrenstelsels steeds sneller uit elkaar drijven. Doordat de intergalactische ruimte zo groot is, is de dichtheid binnen het heelal zeer laag en daarmee ook de zwaartekracht. Dit maakt het mogelijk dat de uitdijing van het heelal voor onbepaalde tijd door kan gaan.

Intergalactisch medium

In de intergalactische ruimte bevindt zich een soort van plasma, het intergalactisch medium dat waarschijnlijk grotendeels uit geïoniseerd waterstof bestaat en precies evenveel elektronen als protonen bevat. De reden om aan te nemen dat het hier om geïoniseerd gas gaat, is dat de temperatuur hoog genoeg is om het mogelijk te maken dat gebonden elektronen in een waterstofkern ontsnappen. De dichtheid van het intergalactisch medium is naar schatting 10 tot 100 maal de gemiddelde dichtheid van het heelal. Studies tonen aan dat het intergalactisch medium waargenomen kan worden en een groot deel van de ontbrekende materie van de het heelal verklaart.[2]

Zie de categorie Outer space van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.