Rodos (stad)

Rodos (ook wel Rhodos, Grieks: Ρόδος) is de hoofdstad van het Griekse eiland Rodos en van het departement (nomos) Dodekanesos. De stad ligt in het uiterste noorden van het eiland en is een havenstad. De oude stad, die aan de haven ligt, is omgeven door muren. De nieuwere wijken zijn om deze oude stad heen gebouwd. De stad heeft ongeveer 60.500 inwoners.

Rhodos
Ρόδος
Gemeente in Griekenland

Situering
PeriferieZuid-Egeïsche Eilanden
Coördinaten36° 26 NB, 28° 13 OL
Algemeen
Oppervlakte19,5 km²
Inwoners (2001)54.802
(2.810 inw./km²)
Hoogte0 tot 25 m
Politiek
BurgemeesterHatzis Hatziefthimiou (sinds Jan 2007)
PartijND
Overig
Postcode(s)851 00
Netnummer(s)22410
KentekenPO, PK
Websitewww.rhodes.gr
Foto's
Portaal    Griekenland
Middeleeuwse stad Rhodos
Werelderfgoed cultuur
Rodos omstreeks 1490
Land Griekenland
UNESCO-regioEuropa en Noord-Amerika
Criteriaii, iv, v
Inschrijvingsverloop
UNESCO-volgnr.493
Inschrijving1988 (12e sessie)
UNESCO-werelderfgoedlijst
Bezienswaardigheden in Rodos stad

Geschiedenis

Klassieken

De stad Rodos werd in de 5e eeuw voor Christus gesticht door de drie onafhankelijke stadstaten Lindos, Jalissos en Kamiros, die het eiland Rodos onderling verdeeld hadden. De nieuwe stad moest de samenwerking tussen de drie stadstaten bezegelen en was bedoeld om sterker tegenover de buitenwereld te staan. Het idee werd ingegeven door de gevaren van de Peloponnesische Oorlog. De nieuwe stad werd gesticht op het grondgebied van de stad Jalissos, aan de uiterste noordpunt van het eiland. De stad was gunstig gelegen en beschikte over vijf havens. Commercieel succes volgde snel. In de Hellenistische tijd werd een inwonertal van meer dan 100.000 bereikt, waarmee de stad tot de grootste van haar tijd behoorde. In de machtsstrijd die na het overlijden van Alexander de Grote tussen zijn generaals (diadochen) ontstond, koos Rodos voor het Egypte van Ptolemaios. Het economische succes van Rhodos werd mede veroorzaakt door de goede banden die werden aangegaan met het Ptolemaeïsch Egypte. Rodos, vanouds gunstig gelegen op een kruispunt van de handelsscheepvaart, wist optimaal te profiteren van de strategische keuze voor Egypte. Maar de keus voor de ene diadoch betekende automatisch een keus tegen een andere diadoch; Demetrius Poliorcetes (Demetrius de stedendwinger), die aanspraak maakte op de Macedonische troon, nam Rodos' keuze voor Egypte zeer kwalijk. Om stad en eiland aan zich te onderwerpen voerde hij in 305 v.Chr. met een grote vloot en een invasieleger uit. Vanaf twee, meer dan 40 meter hoge belegeringstorens en door middel van katapulten werden enorme stenen projectielen de stad ingeschoten. Deze veroorzaakten dood en verderf, maar braken het moreel van de belegerde bevolking niet. In 304 v.Chr. gaf Demetrius zijn pogingen op en liet de belegeringstorens achter. Om de overwinning te vieren gebruikten de inwoners van Rodos de bronzen platen die op de torens waren bevestigd om er een beeld van te laten smeden. Dit beeld werd door de beeldhouwer Charis van Lindos gemaakt en stelde de beschermgod van Rodos, de zonnegod Helios (Ilios), voor. Het werd beroemd als de Kolossus van Rodos. Dit beeld bestaat niet meer, maar nog wel kan men overal in en rond de oude stad van Rodos grote stenen kogels aantreffen. Dit zijn de achtergebleven projectielen van de belegering.

Behalve om de vele beelden die het stadsbeeld verfraaiden, stond Rodos bekend om zijn redenaarsschool. Deze was befaamd in de hele antieke wereld. Vooral rijke Romeinen bezochten de school in Rodos als afsluiting van hun opleiding. Bekende Romeinen die de redenaarsschool van Rodos bezochten waren onder meer Julius Caesar en Cicero. De latere keizer Tiberius woonde zelfs zeven jaar op het eiland.

Johannieters en Turken

Na verval in de Byzantijnse tijd, veroverden de Johannieterridders in 1309 stad en eiland. Zij vestigden een kruisvaardersstaat die het meer dan 200 jaar zou uithouden. Pas in 1522 viel Rodos in handen van de Turken. De ridders moesten Rodos uiteindelijk op 1 januari 1523 verlaten. De vestingwerken en andere bouwwerken die de ridders achterlieten vormen de voornaamste attractie van de stad. De nog geheel ommuurde stad is een der best bewaard gebleven vestingsteden ter wereld.

De Turkse heerschappij duurde tot 1912 en liet relatief weinig sporen na: enkele moskeeën (veelal omgebouwde kerken), een badhuis, een Turkse bibliotheek en huizen uit de Turkse tijd.

Italianen

In 1912 bezetten de Italianen de eilanden van de Dodekanesos, waaronder Rodos. In een poging om in korte tijd een stevig gevestigd Italiaans koloniaal rijk te bouwen, werd een grootschalig bouwprogramma ondernomen. Langs de Mandrakihaven werden openbare gebouwen neergezet aan een allee die kon dienen voor militaire parades. In de jaren twintig werden vooral gebouwen opgetrokken in een fantasierijke stijl die Moorse, Turkse, Venetiaanse en ridderelementen combineerde. De architect van de meeste van deze gebouwen was Florestano di Fausto, die ook in Libië (Tripoli) werkte. Voorbeelden van zijn werk zijn het op het Dogepaleis geïnspireerde Gouverneurspaleis (Nomarchia), de Bank of Greece en het postkantoor. In de fascistische periode werd in een strengere, sobere stijl gebouwd. Voorbeelden zijn het gemeentehuis en het theater, beide van de architect Armando Bernabiti.

In 1943 namen de Duitsers het gezag over van de Italianen. Na de overgave van de Duitsers, bestuurden de Engelsen het eiland tot 1948. De Engelse schrijver Lawrence Durrell verhaalt over deze periode in zijn boek 'Marine Venus'. In 1948 werden de Dodekanesos bij het Griekse koninkrijk gevoegd.

Grieks

Voortbouwend op een door de Italianen gevestigde toeristische reputatie, werd Rodos de eerste plaats in Griekenland die zich op grootschalig toerisme concentreerde. Dit werd aangewakkerd door het beleid van de militaire junta die van 1967 tot 1974 Griekenland bestuurde. In de jaren zeventig kwam het massatoerisme langzaam op gang. In de jaren 80 en 90 werd Rodos een van de bekendste en drukst bezochte bestemmingen in Griekenland. Deze omwenteling in korte tijd heeft een grote invloed gehad op de maatschappij van zowel de stad als het eiland Rodos.

Wereldwonder

Een van de zeven wereldwonderen uit de klassieke oudheid was de Kolossus van Rodos. Ons woord kolos is afgeleid van het Griekse woord kolossos. De Kolossus van Rodos was een reusachtig beeld dat volgens verhalen over de ingang van de haven heen zou hebben gestaan, en waar de schepen onderdoor zouden hebben gevaren. Tegenwoordig gaat men er vaker van uit dat de schepen niet onder het beeld door hebben gevaren, maar dat het iets verderop op een heuvel stond.

Bezienswaardigheden

De oude stad van Rodos is in 1988 toegevoegd aan de lijst van het Werelderfgoed van UNESCO. Men kan langs de muren die om de oude stad heen staan wandelen, want hier loopt een soort voetpad of promenade langs.

Bij de haven kan een wandeling gemaakt worden over het Akti Boumbouli, dat tussen de Mandraki-haven en de grote commerciële haven in ligt. Aan het einde van het Akti Boumbouli bevindt zich het St. Nikolaas-fort. Hier ergens zou een van de voeten van de Kolossus hebben gestaan.

De stad heeft een archeologisch museum, dicht bij de haven. Dit museum is gevestigd in het oude hospitaal van de Johanniterridders. Ook kan men het Grootmeesterspaleis van de Orde bezoeken in de stad. Het paleis van de grootmeester (herbouwd door de Italianen in 1934 - 1939), is een interessante mix van een historisch juiste reconstructie en fascistische grootheidswaan. Vooral de uit Kos afkomstige vloermozaïeken zijn zeer bezienswaardig. Verder is er een museum voor volkskunst.

Er staan diverse Byzantijnse kerken en Turkse moskeeën door de stad verspreid.

Vanaf Rodos stad is de stad Lindos, die aan de zuidoostkust van het eiland ligt, per bus of boot te bereiken.

Sport

De stad huisvest twee voetbalploegen. Diagoras Rodos speelt sinds 2012 terug in de Beta Ethniki, de Griekse tweede klasse en is een voormalig eersteklasser. De tweede ploeg, AS Rodos, speelt in de lagere klassen.

Stedenbanden


Zie de categorie Rhodes (city) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.