Professor

Professor (afkorting: prof.) is de aanspreektitel voor een academisch docent. In sommige landen zoals Nederland is de (aanspreek)titel voorbehouden aan hoogleraren, terwijl in andere gebieden waaronder de Verenigde Staten en Vlaanderen het de aanspreektitel is van alle docenten werkzaam aan een academische instelling (universiteit, hogescholen met masteropleiding).

Een wiskundecollege aan de voormalige Technische Universiteit van Helsinki

In Nederland wordt de titel professor alleen verleend aan degenen die in de functie hoogleraar zijn verbonden aan een universiteit. In Vlaanderen worden zowel een docent, hoofddocent, hoogleraar als buitengewoon hoogleraar met professor aangesproken, en bovendien ook priesters-leraars in colleges en seminaries. In het Frans kan professeur zowel 'hoogleraar' als 'onderwijzer' betekenen.

De titel professor mag in Nederland niet zomaar gevoerd worden zonder hoogleraarschap,[1] Hoewel het in Nederland niet toegestaan is, is het niet strafbaar; professor is immers de aanduiding van een universitaire aanstelling en geen academische graad. Het is in het Nederlands zeer ongebruikelijk de titel professor of prof. na de ambtsaanduiding hoogleraar te gebruiken. Dus niet de hoogleraar prof. dr. J. Jansen, maar prof. dr. J. Jansen of de hoogleraar dr. J. Jansen. In het tweede geval kan in het vervolg van de tekst de titel prof. worden gebruikt, maar dan zonder hoogleraar erbij.

Achtergrond

De term professor stamt uit het Latijn ('profiteri', voltooid deelwoord 'professus') en de oorspronkelijke betekenis is diegene die de professie van het openbare lesgeven uitoefent. Tevens betekent het hij die publiekelijk claimt een expert te zijn.

Een buitengewoon hoogleraar of bijzonder hoogleraar verliest tien jaar na afloop van zijn of haar (meest tijdelijke) aanstelling deze rechten, en noemt zich gewoonlijk na die tijd niet langer professor. Als een hoogleraar met emeritaat ('pensioen') is, mag hij de functieaanduiding prof. blijven gebruiken, maar hij heeft tevens het recht gekregen om het bijvoeglijk naamwoord emeritus (Latijn voor 'uitgediend') aan zijn functietitel toe te voegen: em. prof. dr. J.A. Smit.

Professor in fictie

In fictie wordt de titel vaak vooral gebruikt om aan te geven dat iemand erg slim of geleerd is, ook voor personages die niet doceren aan een academische instelling. Fictieve professoren lijken ook vaak van alle markten thuis te zijn, daar waar een echte professor altijd gespecialiseerd is in een bepaald vakgebied.

Binnen de fictie bestaan enkele vaste stereotypen van professoren zoals de gestoorde professor en de verstrooide professor.

Zie ook

Referenties

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.