Nihil

Voorbeelden:

• De korting wordt afgebouwd tot nihil.[1]
• Gebruik van het woord nihil in de betekenis nul met toevoeging van woorden als vrijwel en praktisch:
  • De meeste kosmologen en astronomen nemen aan dat er voorafgaand aan de oerknal nog niets kon bestaan. Het aantal natuurwetenschappers dat heilig gelooft in een variant op het christelijke scheppingsverhaal, eventueel met parallelle universa of groene mannetjes, is vrijwel nihil maar niet gelijk aan nul.
  • Het gezamenlijke inkomen van de leden van ons Koninklijk Huis is praktisch nihil in vergelijking met de totale nationale staatsbegroting of het vorstelijke inkomen ten tijde van koning-koopman Willem I.

In de natuurkunde, de kansrekening en de andere natuurwetenschappen is nihil ook een getal dat verwaarloosbaar verschilt van nul: een zeer klein positief getal, of, als de aard van de grootheid dat toelaat, eventueel een getal dat zeer weinig minder dan nul is. In verschillende economische wetenschappen, zoals de macro-economie, de monetaire economie en de internationale handel, is nihil een verwaarloosbaar klein bedrag dat kleiner is dan de waarde van de munteenheid waarin gerekend wordt.

Een paar voorbeelden:

Een deel van het Koninklijk Huis tijdens Prinsjesdag 2011.

• De kans dat ons staatshoofd, op het moment dat hij voor een staatsbezoek bij de Amerikaanse president voor de deur staat, door een meteoriet geplet wordt, is nihil, maar niet gelijk aan 0.
• De massa's van de ons bekende neutrino's zijn naar verhouding nihil, maar ze zijn geen van drieën gelijk aan 0. Daarom vallen de kinematiche transformaties van neutrino's in de open Lorentz-groep en zijn ze Lorentzinvariant. Daarom kunnen neutrino's zich niet met de lichtsnelheid binnen ons universum verplaatsen.
• Gelukkig is de hoogte van het jaarinkomen van onze minister-president nihil in vergelijking met de hoogte van onze staatsbegroting.