Monniken en nonnen

Onder monniken en nonnen wordt een dakbedekking verstaan die bestaat uit twee soorten dakpannen.

Voorbeeld van monniken- en nonnenpannen

De bovenliggende dakpannen (de monniken) hebben de vorm van een halve afgeknotte kegel. Zij komen, met de bolle zijde naar boven, te liggen op de onderliggende dakpannen (de nonnen) die met de bolle zijde naar beneden liggen. Met behulp van op de pannen aangebrachte nokken blijft het geheel op zijn plaats. De tapse kant ligt bij de monnik in tegengestelde richting van die van de non.

Hoewel de Romeinen reeds dakpannen gekend hebben, is deze techniek verloren gegaan. Pas in de tweede helft van de 15e eeuw begon men weer met dakpannen te experimenteren en de monniken en nonnen waren de eerste modellen dakpan. Men vindt ze nog op enkele kerkgebouwen in Groningen en Friesland, zoals op het kerkje van Oostum en de kerk van Sellingen. In Zuid-Europa worden monniken en nonnen vaak toegepast.

Monniken en nonnen worden ook tegenwoordig nog vervaardigd, bijvoorbeeld door Terreal in Frankrijk, en een enkele maal ook voor moderne bouwwerken en mediterraan aandoende villa's toegepast.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.