Mercury Sable

De Mercury Sable werd oorspronkelijk op de markt gezet als middenklasse, maar groeide uiteindelijk uit tot een auto in het hogere middenklasse segment.

2004-2006 Mercury Sable GS sedan

De Sable werd in 1992 door Ford Motor Company op de markt gezet als een iets duurdere Ford Taurus, uitgevoerd met wat meer luxe.

Het model was een schot in de roos voor zowel het merk Mercury als ook de Amerikaanse auto-industrie. In de twintig jaar dat deze auto op de markt is zijn er bijna 2 miljoen exemplaren van verkocht.

Het model was zo futuristisch tijdens de introductie van het model, dat de pers als gauw schreef dat deze auto van de maan afkomstig was, vooral de lightbar tussen de beide koplampen deed dit oproepen. De lightbars zijn in de beginjaren negentig nog door enkele andere merken gekopieerd, en ze kwamen in eigen huis ook terug bij de Villager.

Vanaf de introductie in 1986 zijn er in totaal vijf generaties op de markt geweest van dit type.

De Eerste generatie (1986 - 1991)

De eerste generatie kwam in december 1985 als 1986 model op de markt en zou tot 1996 op de markt blijven, de auto was te verkrijgen als vierdeurs sedan en als vierdeurs wagon.

De auto was ontworpen door Jack Telnack, en was al in het eerste jaar van zijn leven een succes, er werden zo’n 300.000 Sable’s verkocht in het eerste jaar.

De auto was te verkrijgen in twee uitrustingsniveaus de basisversie kreeg de aanduiding GS mee en de luxueuzere versie kreeg de aanduiding LS mee, daarnaast kon men kiezen uit de volgende drie type motoren, de 2.5L HSC14 motor deze motor had 90PK, de 3.0L vulcan v6 motor die over 140PK de beschikking had net zoveel PK als de 3.8 L essex v6 motor, de auto was alleen leverbaar met automatische transmissie. De auto stond op het [[Ford D186 platform]].

De carrosserie was vlot en aerodynamisch uitgevoerd, en de zogenaamde vliegtuigdeuren waren er om de geluidsreductie met betrekking tot het windgeruis te verminderen, om deze reden waren de deurgrepen ook zo veel mogelijk glad met de carrosserie uitgevoerd. Ook beschikte de auto over een groot glasoppervlak, dat voorzien was van slanke raamstijlen. Ook bij het achterraam was men het design niet vergeten, deze liep van de b-stijl rond naar het achterraam, en de b-stijlen waren zwart gespoten om zo de indruk te geven dat het voor- en achterraam aan elkaar verbonden waren.

Ook qua interieur was de Sable onderscheidend hij was te verkrijgen met kuipstoelen, wat in de middenklasse auto’s in die tijd uit de Verenigde Staten zeer ongewoon was, ook dashboard was voor die tijd uniek deze was rond de bestuurder gevormd en liep door in de deur, waardoor er een idee van een cockpit werd gecreëerd.

De eerste generatie Sable onderging in zijn productiejaren slechts kleine wijzigingen, dit betrof dan voornamelijk technische en uitrustingswijzigingen.

De auto had de volgende afmetingen (tussen de haakjes staan de afmetingen van de wagon indien deze afwijkend zijn)

De bouwjaren 19861988 Lengte: 484,9 cm (487,4 cm) Breedte: 179,8 cm Hoogte: 137,9 cm (140 cm) Wielbasis: 269,2 cm

De modeljaren 19891991 was qua lengte wat gegroeid en had de volgende lengte: Sedan: 488,2 cm Wagon: 190,7 cm

De auto werd gefabriceerd in Atlanta, Georgia en in Chicago, Illinois.

In 1991 zakte de verkoop tot net iets boven de 100.000 eenheden, zodat het tijd werd voor de tweede generatie.

De tweede generatie (1992 - 1995)

De Sable kreeg zijn eerste significante cosmetische update in 1992, zowel het interieur als het exterieur werden gemoderniseerd.

Deze operatie koste Ford in die tijd 650 miljoen dollar.

De tweede generatie is van 1992 tot 1995 op de markt geweest en is het makkelijkst te herkennen aan de iets minder hoge lightbar aan de voorzijde van de auto.

Ondanks dat het model hetzelfde design gehouden had, waren alle bodydelen behalve het dak gerestyled ook was het interieur compleet vernieuwd. In die tijd was het model de eerste in zijn klasse die als optie side-airbags had.

De ingezakte verkopen van de eerste generatie werden door de komst van de tweede generatie goed gemaakt, in het jaar 1992 verkocht Mercury zo’n 410.000 Sable’s een aantal wat zelfs vandaag de dag tot de verbeelding spreekt.

Het tweelingmodel van de Sable de Ford Taurus is al de jaren dat de tweede generatie op de markt is geweest het best verkochte model van de Verenigde Staten geweest.

In 1993 verdween de “Instaclear” (verwarmde windschermen) van de markt en werd de passagiersairbag standaard. In 1994 kwam er een nieuw ontworpen side airbag en bestuurdersairbag op de markt.

De wagon versie was met nagenoeg dezelfde optie leverbaar als de sedan. De wagon was uitgerust met in ongelijke delen neerklapbare achterbank om de toch al niet kleine laadruimte verder te vergroten, ook beschikte deze over een achterklep waarvan ook alleen het raam geopend kon worden.

Van de wagon waren ook acht persoonsversies op de markt, deze waren voorzien van een voorbank en een extra bankje in de laadruimte.

Het laatste jaar dat de tweede generatie op de markt was 1995, voor dit modeljaar werd de zeldzame LTS geïntroduceerd, die zich ten opzichte van de andere onder andere onderscheid door de leren kuipstoelen en de vele leren interieurdelen.

De tweede generatie was leverbaar met twee type motoren dit waren dezelfde motoren als ook in de eerste generatie gebruikt werden alleen de 2.5L was niet meer leverbaar. De tweede generatie stond net zoals de eerste generatie ook op het Ford D186 platform en werd ook ontworpen door Jack Telnack, ook werd de auto in dezelfde plaatsen geproduceerd.

De auto had de volgende afmetingen (tussen de haakjes staan de afmetingen van de wagon indien deze afwijkend zijn) Lengte: 488,2 cm (490,7 cm) Breedte: 180,8 cm Hoogte: 138,2 cm (141 cm) Wielbasis: 269,2 cm

De derde generatie (1996 - 1999)

De in 1996 geïntroduceerde derde generatie was een volledig gerestylde Sable, Ford hoopte hiermee hetzelfde succes te behalen als het gehad had bij de introductie van de eerste Mercury Sable in 1986.

De lightbars tussen de beide koplampen waren verdwenen, en men had ervoor gekozen een Ovale thema te gaan gebruiken, dit controversiële thema werd niet goed ontvangen bij de pers en het publiek, en kreeg uiteindelijk de schuld van de dip in de verkoopcijfers.

Bij de introductie van dit model had Ford geprobeerd het model wat hoger in de markt te plaatsen, en paste ook de prijs hierop aan wat eventuele kopers weghield bij dit model.

Om de tegenvallende verkopen tegen te gaan besloot Ford om de aanschafkosten voor het jaar 1997 te verlagen, en deze trend werd doorgezet in het jaar 1998. In 1998 kwam er een lichte facelift om de kosten te drukken, hetgeen $ 2000,- lagere aanschafprijs veroorzaakte en toen men in 1999 bleef zakken met de prijs kwamen er diverse opties te vervallen.

De derde generatie was leverbaar met een 200Pk sterke 3.0L Dohc Duratec 30v6 motor en een lichtere 145Pk 3.0L SFI Vulcan V6 motor.

De type aanduiding bleef gehandhaafd van de eerste twee generaties van de Sable, de GS voor de basisversie en de LS voor de luxueuzere versie, met de introductie van de derde generatie kwam er een eind aan de LTS.

De derde generatie is van 1996 tot 1999 op de markt geweest en werd geproduceerd in Atlanta, Georgia en Chicago, Illinois en stond ook net zoals zijn twee voorgangers op het Ford D186 Platform, en net zoals zijn twee voorgangers was hij uiteraard alleen leverbaar met automatische transmissie.

De auto had de volgende afmetingen (tussen de haakjes staan de afmetingen van de wagon indien deze afwijkend zijn)

Lengte: 507,2 cm (505,7 cm) Breedte: 185,4 cm Hoogte: 140,7 cm (146,3 cm) Wielbasis: 275,6 cm

De Vierde generatie (2000 - 2005)

De Sable werd in 2000 gerestyld, er werden enkele ovale ontwerpelementen van de derde generatie geminimaliseerd, en er werd gekozen voor een meer conventionele styling.

Ook het dak werd langer om zo meer hoofdruimte te creëren voor de achterpassagiers, de langere en ruimere kofferruimte was ook een van de zaken waarmee men de auto functioneler maakte.

Het interieur ontkwam ook niet aan een complete restyling, het geïntegreerde consolesysteem waarin de audio en de climat-control zaten bleven gehandhaafd in de vierde generatie.

Men had voor de vierde generatie gekozen voor een wat zachtere vering in plaats van de sportievere vering van de derde generatie.

Om de kosten en de prijs te drukken was men helaas genoodzaakt enkele zaken van de derde generatie te laten vallen, zo verdween onder meer de schijfremmen op alle vier de wielen.

Het 2002 model was voorzien van enkele extra’s waaronder een elektrisch bedienbare bestuurdersstoel en een CD speler in de GS uitvoering, en een elektrisch bedienbaar open dak of een leer interieur in de LS uitvoering, tevens werd op alle modellen zij airbags en traction control als optie leverbaar.

Het 2004 model onderging enkele cosmetische veranderingen waarvan de geheel in chroom uitgevoerde grille het meest in het oog springende detail was, aan de binnenkant werd een nieuw stuurwiel gemonteerd en kwamen er andere meters.

De vierde generatie is nooit officieel geleverd geweest in Canada, deze generatie is alleen via de officiële kanalen geleverd in Mexico en de Verenigde Staten.

De in 2005 geïntroduceerde Montego en de in 2006 geïntroduceerde Milan waren gepresenteerd als de opvolgers van de Sable, kort na de introductie van de Montego werd de productie van de Sable stilgelegd.

De vierde generatie is van 2000 tot 2005 op de markt geweest, en werd geproduceerd in Atlanta Georgia en in Chicago Illinois, dit model stond opnieuw op het Ford D186 platform, en was opnieuw alleen leverbaar met een automaat.

Men had de keuze uit twee motoren de 155PK sterke 3.0L SFI Vulcan V6 en de 200PK sterke 3.0L DOHC Duratec 30 V6 motor, men had daarnaast de keuze uit twee uitrustingsniveaus de standaard GS uitvoering en de luxueuzere LS uitvoering.

De auto had de volgende afmetingen (tussen de haakjes staan de afmetingen van de wagon indien deze afwijkend zijn)

Lengte: 507,5 cm (502,4 cm) Breedte: 185,4 cm Hoogte: 141 cm (146,8 cm) Wielbasis: 275,6 cm

De Vijfde generatie (2008 - 2009)

2008 Mercury Sable

De vijfde generatie van de Sable kwam in 2008 op de markt, en verving de Montego, Ford koos hier onder meer voor vanwege de betere naamsbekendheid van de Sable ten opzichte van de Montego. De naam Sable was tot driemaal zo bekend als de Montego.

De Sable was gebaseerd op de Ford Taurus, die de Ford Five Hundred verving. De Sable en Taurus waren een doorontwikkeling van de Ford Five Hundred.

De Sable verschilde ten opzichte van de Taurus in een luxueuzere uitstraling en uitrusting. Daarnaast had de Sable de bekende Waterfall-Grille, alsook afwijkende koplampen ten opzichte van de Taurus.

De vijfde generatie had de beschikking over een 263PK sterke 3.5L Cyclone V6 motor, gekoppeld aan een automatische zes-versnellingsbak. De auto werd geproduceerd in Chicago Illinois en was leverbaar met voorwielaandrijving en vierwielaandrijving, en stond op het Ford D3 platform. De Sable werd alleen geleverd als Sedan.

De auto werd ontworpen door J.Mays.

De auto had de volgende afmetingen:

Lengte: 509,0 cm Breedte: 189,2 cm Hoogte: 156,2 cm Wielbasis: 286,8 cm Gewicht: 1654 kg Voorwielaandrijving 1732 kg Vierwielaandrijving

De Sable werd in 2010 niet als een variant op de nieuwe generatie Ford Taurus uitgebracht. Op 4 januari 2011 werd Mercury als merk opgeheven en als gevolg daarvan is er geen nieuwe generatie Sable meer uitgekomen.

Speciale Uitvoeringen

Er zijn door Mercury een paar speciale uitvoeringen van de Sable op de markt gebracht, al deze speciale uitvoeringen waren van de eerste generatie.

In 1987 kwam de “LS monochrome edition”op de markt die als optie was uitgevoerd met bumpers, sideskirts en banden in de kleur wit.

Mercury bestond in 1989 vijftig jaar om dat te vieren bracht men een speciale uitvoering van de Sable op de markt de “50th aniversary edition” die tussen de GS en de LS geplaatst werd, deze uitvoering was tevens een testcase voor Mercury om een wat sportievere en luxueuzere versie op de markt te brengen de LTS.

Speciaal voor de 1988 Detroit Sae motor show heeft Mercury eenmalig een cabrioletuitvoering gemaakt van de Sable, dit was een tweedeurs carrossorie die nooit op de markt gebracht is, en waarvan er slechts één gemaakt is, deze auto heeft jarenlang in magazijnen gestaan en is uiteindelijk in 2006 via e-Bay verkocht.


Coneheads

In de film Coneheads rijdt het hoofdpersonage uit deze film Beldar een Sable GS uit 1992, met een uitneembaar opendak, waardoor hij zijn hoofd “cone”kon steken. Aan het einde van de film is de auto meegenomen naar de planeet “Remulak”

Zie de categorie Mercury Sable van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.