Louis Boermeester

Louis Boermeester (Amsterdam, 12 januari 1908Ede, 2 november 1992) was een Nederlandse glazenier, schilder en tekenaar.[1]

Louis Boermeester
Academiegebouw Leiden (1950)
Persoonsgegevens
GeborenAmsterdam, 12 januari 1908
OverledenEde, 2 november 1992
GeboortelandNederland
Beroep(en)glazenier, schilder en tekenaar
RKD-profiel
Portaal    Kunst & Cultuur

Leven en werk

Boermeester was een zoon van Gerardus Boermeester (1882-1968) en Christina van der Pen (1884-1983). Hij werd opgeleid aan de afdeling grafiek van de kunstnijverheidsschool Quellinus (1921-1924), maar maakte de opleiding niet af. Hij ging aan de slag als volontair bij de Haarlemse drukkerij Joh. Enschedé, waar hij waardepapieren ontwierp. Hij werkte vervolgens een aantal jaren als glazenier op het atelier van Willem Bogtman (1927-1931). In 1931 pakte hij de studie weer op, aan de Rijksakademie van beeldende kunsten volgde hij de richting monumentale schilderkunst en kreeg les van onder anderen Rik Roland Holst en Heinrich Campendonk. Boermeester haalde in 1933 de tweede plaats bij de Willink van Collenprijs en kreeg in 1935 en 1937 een accessit. In zijn eindexamenjaar (1936) dong hij mee naar de Prix de Rome, in 1948 ontving hij de Haagse Vrouwe Vigeliusprijs. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Boermeester actief in het verzet. Hij verborg onderduikers in zijn atelier en bij zijn ouders in huis en vervalste (waarde)papieren. Hij ontving met zijn ouders in 1977 de Yad Vashem-onderscheiding.[2]

In 1952 emigreerde Boermeester naar New York en woonde vervolgens afwisselend in Nederland en de Verenigde Staten tot hij zich in 1972 weer in Amsterdam vestigde. Na zijn terugkeer legde hij zich vooral toe op het schilderen (aquarel) en tekenen (pastel) van portretten en religieuze onderwerpen.[3]

Werken (selectie)

Afbeeldingen

Zie de categorie Louis Boermeester van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.