Julius Sabbe

Julius Ludovicus Maria Sabbe (Gent, 14 februari 1846 - Brugge, 3 juli 1910) was een Vlaams schrijver.

Portret van Julius Sabbe, 1906, door Jef Van de Fackere, collectie Groeningemuseum

Levensloop

Sabbe was een zoon van de Gentse haarkapper Charles Sabbe, afkomstig uit Pittem. Na zijn universitaire studies aan de Rijksuniversiteit Gent, doceerde Sabbe gedurende 36 jaar Nederlands aan het Koninklijk Atheneum in Brugge.

Tussen 1874 en 1881 publiceerde hij in het maandelijks verschijnende tijdschrift De Halletoren, dat werd opgevolgd door het liberale blad Brugsche Beiaard, waarvan hij van 1881 tot 1910 hoofdredacteur was. Toen het Vlaamse weekblad Het Volksbelang in 1867 werd opgericht door Julius Vuylsteke werd hij een van de redacteurs, samen met Jozef van Hoorde, Julius de Vigne en Adolf Hoste. In 1877 kreeg hij de prijs van de De Koninklijke Academie van Belgiƫ voor zijn cantate De Klokke Roeland.

Naast neerlandicus was Sabbe ook een liberale flamingant die zich onder meer inzette voor de ontwikkeling van Brugge-Zeehaven, een volwaardige haven te Zeebrugge. Mede door zijn toedoen en zijn activiteiten binnen de Breidelcommissie werd in 1887 op de Grote Markt van Brugge een standbeeld onthuld van Jan Breydel en Pieter de Coninck, twee van de Vlaamse helden uit de Guldensporenslag. Hij steunde ook Peter Benoit in zijn strijd voor een Vlaams Conservatorium in Antwerpen. Hij ijverde mee voor de verfraaiing van het Brugse stadsbeeld.

Julius Sabbe was de vader van de bekende auteur Maurits Sabbe die in de voetsporen van zijn vader trad als docent Nederlands aan het Brugse Atheneum.

Bibliografie

  • Eenige mannenbeelden (Gent, 1870)
  • Het nationaal beginsel in de Vlaamsche schilderkunst (Gent, 1874)
  • De Taal is gansch het volk, rede (Antwerpen, 1875)
  • Groot en klein, rede (Gent, 1876)
  • Help u zelven, rede (Antwerpen, 1877)
  • De Klokke Roeland, cantate (Brugge, 1877)
  • Brugge's ontwaking, Van Eyck's-cantate (Brugge, 1878)
  • Grootmoedersvertelboek, door Julius Sabbe en A. Vermast (Brugge, 1883)

Eerbetoon

  • In 1919 werd een gedeelte van de Walweinstraat in Brugge omgedoopt tot Julius Sabbestraat. In 1938 werd de naam van zijn zoon Maurits Sabbe er aan toegevoegd en werd het de Julius en Maurits Sabbestraat.
  • Aan het huis dat Julius Sabbe bewoonde langs de Potterierei werd een herinneringsplaat aangebracht.

Literatuur

  • P. FREDERICQ, Schets eener Geschiedenis der Vlaamse Beweging, II-III, 1906-1908.
  • Lode MONTEYNE, De Sabbe's, 1923
  • Jan SCHEPENS & L. MAERTEN, Julius Sabbe, 1932.
  • Huldegedenkboek Julius Sabbe, 1946.
  • Albert SCHOUTEET, De straatnamen van Brugge, Brugge, 1977.
  • Ludo VALCKE, Sabbe, Julius Ludovicus Maria, in: Nationaal Biografisch Woordenboek, T. VIII, Brussel, 1979.
  • Fernand BONNEURE, Julius Sabbe, in: Brugge Beschreven, Hoe een stad in teksten verschijnt, Brussel, Elsevier, 1984.
  • Jan SCHEPENS, Julius Sabbe , in: Lexicon van West-Vlaamse schrijvers, Deel II, Torhout, 1985.
  • Ernest SCHEPENS en Luc PAREYN (red.), Julius Sabbe en de herleving van Brugge, Gent, Liberaal Archief, 1996.[1]
  • Ludo VALCKE, Julius Sabbe, in: Nieuwe encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt, Lannoo, 1998.
  • Chris WEYMEIS, Brugge van Academiestraat tot Zwijnstraat, Deel 3: J - K, Brugge, 2016.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.