Herman Loonstein
Herman Loonstein (Amsterdam, 1958) is een Nederlands advocaat, gevestigd in Amsterdam.
Herman Loonstein
| ||
 | ||
| Algemene informatie | ||
| Geboren | Amsterdam, 1958 | |
| Nationaliteit |  | |
| Beroep | Advocaat | |
| Bekend van | Voorzitter Federatief Joods Nederland | |
Biografie
Loonstein studeerde rechten en begon, na drie jaar gewerkt te hebben bij advocatenkantoor Gomperts in Amsterdam, in 1980 een advocatenpraktijk.
Loonstein bekleedde van 1988 tot 1999 de bijzondere leerstoel bijbels recht[1] aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Op zijn benoeming door het Genootschap voor de Joodse Wetenschap in Nederland (GJWN) kwam kritiek. Het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap vond hem niet voldoende gekwalificeerd en de leden van het GJWN hadden kritiek op de benoeming omdat het een bestuursbesluit was waar de leden niet in gekend waren en waarbij Loonstein zelf bestuurslid was.[2]
In 2002 stond Loonstein een slachtoffer bij dat een aanrijding had gehad met prinses Máxima Zorreguieta.[3] In 2007 stond Loonstein advocaat Bram Moszkowicz bij tijdens een kort geding tegen journalist Jort Kelder, die Moszkowicz publiekelijk had uitgemaakt voor 'maffiamaatje'. In 2014 stond Loonstein Moszkowicz opnieuw bij, ditmaal vanwege de bestemming van de inboedel van de ex-advocaat.[4]
Loonstein is gehuwd en heeft zes zonen.[5]
Nevenactiviteiten
Naast zijn werk als advocaat is Loonstein voorzitter van het Joodse Begrafeniswezen (JBW) te Amsterdam, voorzitter van de joodse scholengemeenschap Cheider en voorzitter van het door hem in 1995 opgerichte Federatief Joods Nederland (FJN). Loonstein houdt zich als voorzitter van FJN bezig met onderwerpen als de rituele slacht, antisemitische uitspraken en de wijze waarop slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog herdacht worden. Daarnaast is hij sinds 1984 moheel (ritueel besnijder).
Opmerkelijke uitspraken
Nadat Gretta Duisenberg in 2002 een Palestijnse vlag over haar balkon had gehangen, reageerde Loonstein in dat jaar met "Wij hebben gezegd: dit vindt bankpresident Duisenberg. En we hebben bij het [World Jewish Congress] het verzoek neergelegd of zij willen bezien of Duisenberg tot persona non grata in de VS kan worden verklaard.'[6]
In april 2019 vergeleek Loonstein de komst van asielzoekers uit islamitische landen in de Amsterdamse wijk Buitenveldert (waar een grote joodse gemeenschap is) met pyromanen laten werken in een luciferfabriek.[7] De Amsterdamse PvdA-fractie riep vervolgens het Amsterdamse college op aangifte te doen tegen Loonstein.[8] Hoewel het college de uitspraken "onacceptabel" zei te vinden, werd geen aangifte gedaan omdat dat geen taak van het college zou zijn.[9]
In mei 2019 verklaarde Loonstein in een uitzending van Nieuwsuur dat hij na zijn dood begraven wil worden met alle voorhuiden die hij als moheel heeft verwijderd.[10]