Henri de Rigny
Marie Henri Daniel Gauthier, graaf van Rigny (Toul, 2 februari 1782 - Parijs, 6 november 1836) was een Frans minister en admiraal.
Henri Gauthier de Rigny
| ||||
Geboren | 2 februari 1782 Toul | |||
Overleden | 6 november 1836 Parijs | |||
Minister van Marine | ||||
Aangetreden | 8 augustus 1829 | |||
Einde termijn | 23 augustus 1829 | |||
Premier | Jules de Polignac | |||
Voorganger | Jean Guillaume de Neuville | |||
Opvolger | Charles Lemercier de Longpré | |||
Minister van Marine | ||||
Aangetreden | 31 juli 1830 | |||
Einde termijn | 11 augustus 1830 | |||
Voorganger | Charles Lemercier de Longpré | |||
Opvolger | Horace Sebastiani | |||
Minister van Oorlog | ||||
Aangetreden | 12 maart 1835 | |||
Einde termijn | 30 april 1835 | |||
Premier | Victor de Broglie | |||
Voorganger | Édouard Adolphe Casimir Joseph Mortier | |||
Opvolger | Nicolas Joseph Maison | |||
|
Biografie
Henri de Rigny genoot een klassieke Franse opvoeding tot de Franse Revolutie daar een eind aanmaakte Vervolgens werd hij door een tante in haar gezin opgenomen. In 1798 meldde hij zich aan bij de marine Étienne Eustache Bruix en werd hij midschipman. Zo nam hij deel aan de Expeditie van Napoleon naar Egypte. In 1806 nam hij tijdelijk de overstap naar het Franse leger op het continent en vocht mee tijdens de Slag bij Jena.
Militaire loopbaan
In 1808 werd hij overgeplaatst naar het Franse leger in Spanje, waar hij diende als aide-de-camp van maarschalk Jean-Baptiste Bessières en hij wist zich te onderscheiden tijdens de Slag bij Medina de Rioseco. Hij raakte later bij Somosierra gewond en was getuige van de inname van Madrid. In 1809 werd Rigny bevorderd tot luitenant. Pas na de verbanning van Napoleon wist hij zijn volgende promotie binnen te slepen.
Rigny werd door de Franse regering belast met het Franse oppercommando in de Griekse wateren en tijdens de Griekse Onafhankelijkheidsoorlog. In 1823 volgde de benoeming tot admiraal. Vier jaar later leidde hij de Franse marine naar de overwinning tijdens de Slag bij Navarino. Hiervoor werd hij opgenomen in de Orde van het Bad en de Orde van Sint-Alexander Nevsky. In 1829 verhief koning Karel X van Frankrijk Rigny in de adelstand.
Politieke carrière
Kort nadat hij in de adelstand was verheven, werd hij ook minister van Marine, maar deze functie stond hij al na twee weken af om voor korte tijd terug te keren in de Levant. Na zijn terugkeer werd hij ook nog gedecoreerd met het Franse Legioen van Eer. In juli 1830 werd Rigny voor de tweede keer voor korte tijd minister van Marine. Daarnaast bleef hij actief in het Franse Huis van Afgevaardigden.
In 1834 ging hij werken voor het ministerie van Buitenlandse Zaken. Kort daarna trad hij voor het eerst in het huweijk met de weduwe Adèle Defontaine Narcissus. Zij had al enkele kinderen uit een eerdere relatie. In maart 1835 werd zijn gezondheid erg instabiel en trok hij zich terug uit alle openbare functies. In november 1836 overleed hij en werd hij begraven op het Cimetière du Père-Lachaise. Een paar maanden na zijn dood werd zijn dochter geboren.
Bronnen
- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Henri de Rigny op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.